Tweede Kamer stemt in met WTTA

Dinsdag 15 april heeft de Tweede Kamer ingestemd met het wetsvoorstel Toelating ter Beschikkingstelling van Arbeidskrachten (WTTA). Inmiddels is het wetsvoorstel doorgestuurd naar de Eerste Kamer voor behandeling. Een invoeringsdatum is nog niet bekend; hierover horen we later meer.

De wet stelt een toelatingsstelsel in voor uitzendbureaus en andere bedrijven die arbeidskrachten ter beschikking stellen. Denk hierbij aan detacheerders, bemiddelingsbureaus, enzovoort. Om toegelaten te worden, moeten bedrijven aan een aantal eisen voldoen. Naast de eisen van het bestaande SNA-keurmerk zijn er aanvullende voorwaarden op het gebied van onder andere gelijke beloning en huisvesting. Bovendien moeten bedrijven een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) indienen en een waarborgsom van 100.000 euro betalen. Na toelating worden bedrijven periodiek gecontroleerd op naleving van het normenkader door private instellingen. De kosten hiervan worden door de sector zelf gedragen.

De WTTA brengt strengere handhaving met zich mee. De Arbeidsinspectie krijgt de bevoegdheid om boetes op te leggen bij overtredingen. Totdat de wet in werking treedt, stelt de minister extra middelen beschikbaar voor de Nederlandse Arbeidsinspectie. Het doel hiervan is om misstanden in de uitzendsector op te sporen en aan te pakken. Ook de boetebedragen zijn verhoogd: bij ernstige overtredingen van de Wet arbeid vreemdelingen (WAV) kan de boete oplopen tot €11.250 per overtreding.

Inleners zullen onder de WTTA ook meer verantwoordelijkheid dragen. Uit onderzoek blijkt dat het illegaal tewerkstellen van arbeidsmigranten financieel voordeel oplevert, zelfs als de opdrachtgever hiervoor een boete krijgt. Dit wordt in de nieuwe wet strenger aangepakt.

De nieuwe wet geldt niet alleen voor uitzendbureaus, maar ook voor detacheerders, buitenlandse bedrijven die personeel naar Nederland sturen, bedrijven die personeel inhuren of uitlenen, payrollers en bedrijven die dit soort werk als nevenactiviteit uitvoeren.

Sommige sectoren, zoals detacheringsbureaus en IT-consultants – die normaal gesproken niet met misstanden worden geassocieerd – probeerden via lobbywerk buiten de wet te vallen. Maar de minister wees dit af. Hij benadrukte herhaaldelijk dat de wet bewust zo breed is opgezet, om te voorkomen dat bedrijven via omwegen de regels omzeilen.

In eerste instantie gold de wet alleen niet voor enkele uitzonderingen, zoals het uitlenen van personeel binnen een concern of collegiale uitleen zonder winstoogmerk. Ook was er een ontheffingsregeling voor bedrijven die slechts in beperkte mate arbeidskrachten ter beschikking stellen.

Tijdens de behandeling van het wetsvoorstel zijn echter diverse amendementen aangenomen waardoor bepaalde sectoren alsnog worden uitgezonderd. Zo vallen sociale werkbedrijven (SW-bedrijven), bedrijven die BBL-trajecten (beroepsbegeleidende leerweg) aanbieden, en de beveiligingsbranche buiten het toelatingssysteem. Ook werd een motie aangenomen waarin staat dat verzoeken om uitzonderingen welwillend moeten worden beoordeeld.